'Smallcaps aantrekkelijk als populisme in Europa uitblijft'

Dit zegt Philip Dicken (foto), hoofd van het Europese aandelenteam van Columbia Threadneedle en sinds 2005 manager van het Pan European Smaller Companies Fund, in een gesprek met Fondsnieuws. 

Dicken is in Nederland om institutionele partijen en banken bij te praten over de stand van zaken bij het 3,5 miljard euro grote smallcap-fonds, dat deel uitmaakt van het FN Universe van meest aangeboden fondsen in de Nederlandse wholesalemarkt. 

Historische discount

In de presentatie die hij laat zien, komt hij met een grafiek waarop de koerswinstverhoudingen van Europese large en smallcaps tegen elkaar worden afgezet. Al staat de gemiddelde k/w-verhouding met circa 16 ruim een kwart boven het lange termijn gemiddelde, ten opzichte van largecaps wordt op basis van cijfers tot eind 2016 een premie betaald van minder dan 10 procent in plaats van de ruim 15 procent die normaal is. 

‘De premie staat dus op een discount ten opzichte van de historie’, aldus de Britse fondsmanager. Een verklaring hiervoor kan volgens hem liggen in de fondsstromen, die na een positief 2015 in 2016 negatief omsloegen. Sinds het Brexit-referendum is Noord-Amerika weer de nummer 1 bestemming voor geld van beleggers, een trend die verlengd werd door de uitslag van de Amerikaanse presidentsverkiezingen. 

Waardering smallcaps vs large caps

Bron: Columbia Threadneedle Investments, Bloomberg.

Maar deze trends zijn aan het keren, zegt Dicken. De instroom in Amerikaanse aandelen neemt af. ‘Als de uitslagen van de aankomende Europese verkiezingen meevallen en beleggers de discount ten opzichte van Amerika gaan zien, dan zullen de geldstromen terugkomen’, voorspelt hij. 

Voor Nederland betekent dat een centrum-coalitie in de regering, in Frankrijk in ieder geval geen president Marine Le Pen en in de Duitsland de terugkeer van Angela Merkel als bondskanselier. Al deze uitkomsten noemt Dicken ‘markt vriendelijk’. ‘Dit zou de angst voor populisme neutraliseren.’ 

Economisch herstel

Ook economisch staat Europa er goed voor. Voor komend jaar gaat Columbia Threadneedle uit van een groei in het eurogebied van 2,3 procent. ‘En voor bedrijfswinsten een groei van 10 procent’, voegt Dicken eraan toe. ‘Je ziet ook dat M&A activiteit aantrekt.’ 

‘Voor smallcaps is dat zelfs beter [dan voor large caps]’, vervolgt hij. Kleinere bedrijven zijn doorgaans afhankelijker van de binnenlandse groei. Large caps daarentegen zijn internationaler georiënteerd, wat ze kwetsbaarder maakt voor mogelijke handelsbelemmeringen als gevolg van de Brexit en de Trump-regering. 

Als het herstel in Europa doorzet, zouden smallcaps hier vanwege hun hogere beta meer van moeten profiteren dan large caps, stelt de fondsmanager. Kritieke factor zal evenwel de winstgroei zijn. ‘De groei moet wel doorkomen. In eerdere jaren kwamen koersstijging nog vooral voort uit stijging van de k/w-verhouding.’

Het European Smaller Companies Fund legt daarom de nadruk op bedrijven met hoge potentie de winst te laten groeien. ‘We focussen op sterke en duurzame winstgevendheid.’ 

Aandelenselectie

Bedrijven die hier het best aan voldoen, hebben een sterke positie in markten waar concurrenten maar moeilijk kunnen toetreden, wijst Dicken. Dit leidt tot overwegingen in de portefeuille van zijn fonds in sectoren als industrials, duurzame consumptiegoederen en gezondheidszorg. 

Een voorbeeld in deze laatste sector is Orpea. Het in Frankrijk genoteerde bedrijf richt zich op luxere ouderenzorg en -wooncentra, vooral gelegen in Zuid-Europese landen. Het heeft een goed track-record en sterke marktpositie opgebouwd en de trend van een vergrijzende bevolking mee. 

In Nederland belegt het fonds bijvoorbeeld in IMDC. Deze Rotterdamse dienstverlener voor de chemische industrie is zelfs een van de drie grootste posities, naast Orpea. Ook op recente beursintroducties als Takeaway en Grandvison heeft Dickens fonds ingetekend.

Het fonds heeft momenteel circa 90 holdings in portefeuille. Aangezien het Europese smallcap-universum een paar duizend namen omvat, heeft het fonds een hoge active share van 92 procent. 

De recente voorkeur van beleggers voor waarde, ofwel lage k/w-verhoudingen, maakte dat het fonds in 2016 wat achterbleef, geeft de manager toe. ‘Wij zetten in op kwaliteit en groei, terwijl juist waarde het goed heeft gedaan.’

Op de langere termijn blijkt de strategie beter te lonen. Over de jaren sinds de oprichting en met Dicken aan het roer bedroeg naar eigen zeggen de outperformance 68,6 procent, ofwel gemiddeld 4,8 procent per jaar. 

Meer achtergronden op Fondsnieuws:

Lees hier het hele artikel

  Article "tagged" as:
  Categories:
februari 09 11:30 2017 Print dit artikel

Toon meer artikelen

Over de auteur

Fondsnieuws

Fondsnieuws is het grootste online platform voor beleggingsprofessionals in Nederland.

Toon meer artikelen