Theo de Kort (ABN Amro): Werkloosheid blijft dalen

De werkloosheid is vorig jaar stevig gedaald. Het CBS kopte: “In 2016 sterkste daling werkloosheid in tien jaar”. De daling had te maken met de groei van de economie, die zorgde voor meer banen.

De afname van de werkloosheid is echter harder gegaan dan bij het begin van dat jaar was verwacht. Alle bekende voorspellers hadden (wat) minder daling voorzien. De ramingen voor het werkloosheidspercentage liepen uiteen van 6,2% tot 6,9% van de beroepsbevolking, terwijl het jaargemiddelde uiteindelijk uitkwam op 6,0% (2015: 6,9%). De sterkere werkloosheidsdaling heeft echter niet te maken met een hoger-dan-verwachte economische groei. Het BBP nam vorig jaar toe met 2,1%. Dat cijfer ligt netjes in het midden van de bandbreedte van de ramingen bij het begin van het jaar (1,7% tot 2,5%). Uit de volgende grafiek valt op te maken dat de werkloosheid in de loop van vorig jaar sterker is gedaald dan in 2015.

werkloosheid gedaald

Vraag én aanbod bepalen verandering van de werkloosheid

Wat is nu de verklaring voor de sterkere daling van de werkloosheid? Voordat we hierop ingaan eerst even een toelichting bij het begrip ‘werkloos’. Volgens de gangbare (internationale) definitie ben je werkloos als je geen (betaald) werk hebt, maar wel onlangs actief naar werk hebt gezocht én daarvoor direct beschikbaar bent. Samen met de personen die werk hebben, vormen de werklozen de beroepsbevolking. Daarnaast is er een groep die ‘aan de zijlijn’ staat: de ‘niet-beroepsbevolking’. Om uiteenlopende redenen doen ze niet mee: bijvoorbeeld vanwege de zorg voor het gezin, omdat ze een opleiding volgen, arbeidsongeschikt zijn, met pensioen zijn, of omdat ze denken dat het niet zal lukken om een baan te vinden (‘ontmoedigden’).

Veranderingen in de werkloosheid hebben te maken met de vraag naar en het aanbod van arbeid. Aan de ene kant hebben werkgevers arbeidskrachten nodig (vraag), en aan de andere kant staan de mensen die proberen aan werk te komen (aanbod).

De werkloosheid is gedaald. Dat is de resultante van verschillende omvangrijke stromen op de arbeidsmarkt. We verduidelijken dit met de cijfers over het laatste kwartaal van vorig jaar. In de loop van dat kwartaal is het aantal werklozen per saldo met 27.000 personen gedaald. De grafiek laat die stromen zien. Zo daalt de werkloosheid doordat werklozen een baan vinden. Dat waren er in de laatste maanden van 2016 122.000. Maar doordat er ook mensen zijn die hun baan kwijtraken, neemt de werkloosheid juist toe (82.000). De werkloosheid neemt ook toe als mensen die aan de zijlijn staan (de niet-beroepsbevolking), proberen een baan te vinden maar daar nog niet in slagen (174.000). Daarentegen wordt de werkloosheid gedrukt als mensen besluiten niet langer te zoeken of niet meer beschikbaar zijn (161.000). Duidelijk is dat een beperkte verandering in slechts een van deze stromen een relatief groot effect heeft op de daling van de werkloosheid.

stromen

Daarnaast zijn er personen die gaan zoeken en meteen een baan vinden (187.000), en aan de andere kant werkenden die (moeten) stoppen (188.000). De verschillende stromen op de arbeidsmarkt zijn dus veel omvangrijker dan je zou denken als je alleen naar daling van het aantal werklozen kijkt.

Flinke stijging werkgelegenheid in 2016

De economie groeide vorig jaar opnieuw met zo’n 2%. Daardoor nam ook de werkgelegenheid verder toe. In heel 2016 is het aantal werkenden toegenomen met gemiddeld 109.000 (+1,3%), terwijl het aantal werklozen afnam met gemiddeld 75.000. Daaruit blijkt dat er per saldo meer mensen zijn toegetreden tot de arbeidsmarkt.

minder banenverlies

 

 

 

 

 

 

 

 

De werkloosheid kon vooral dalen doordat vorig jaar steeds minder mensen hun baan kwijtraakten. Het aantal werklozen dat werk vond, is niet verder gestegen.

nog een plaatje

 

 

 

 

 

 

 

Het aantal werkenden is vorig jaar meer gestegen dan in 2015 (gemiddeld 109.000 tegen 80.000). Een sterkere daling van de werkloosheid lijkt dus logisch. De voorspellers hadden een geringere afname voorzien. Dat kwam door een te lage schatting van de werkgelegenheidsgroei. Een andere oorzaak was een te hoge taxatie van het aantal mensen dat zou toetreden tot de arbeidsmarkt – de toename van het ‘arbeidsaanbod’.

In tijden dat het met de economie niet goed gaat, besluiten minder mensen werk te (blijven) zoeken. Ze denken namelijk geen kans te maken (’ontmoedigingseffect’). Maar als de economie de weg weer omhoog heeft gevonden, verandert dat. Niet alle werkzoekers zullen echter ook meteen een baan vinden – en worden dan als ‘werkloos’ geteld. Het aantal nieuwe zoekers blijkt lager te zijn uitgevallen dan een jaar geleden werd verwacht. Ook daardoor is de werkloosheid meer afgenomen dan verwacht.

Aantal ontmoedigden daalt sinds begin 2016 weer – verdere afname in 2017

In de periode 2011-2015 is het aantal ontmoedigden met onderbrekingen sterk toegenomen (zie rechter grafiek volgende blz.). Kennelijk was het vertrouwen in het verdere herstel van de arbeidsmarkt niet zo groot. Daarmee lijkt de ontwikkeling van het aantal ontmoedigden de conjunctuur toch wat minder te volgen dan soms wordt gedacht. Het vertrouwen van de consument dat de werkloosheid weer zou gaan dalen, begon echter in 2013 al te verbeteren. Maar het duurde nog een tijdje voordat het aantal optimisten groter was dan het aantal pessimisten. Mogelijk dat pas bij zo’n omslag de ontmoedigden weer denken kans op werk te maken.

Vanaf begin 2016 zien we eindelijk een daling van het aantal ontmoedigden. Maar die daling was nog wel kleiner dan de stijging gedurende 2015. In het laatste kwartaal van 2016 was het aantal ontmoedigden (108.000) nog altijd bijna tweemaal zo groot als in 2008, vóór de Grote Recessie. Maar de daling is begonnen en er is ruimte voor een forsere verdere afname. Mede daarom zal het aanbod van arbeid dit jaar waarschijnlijk meer toenemen dan in 2016 : met ruwweg 25.000 tot 35.000 méér dan in 2016.

meer vertrouwen

Aantal werkenden zal meer toenemen dan in 2016

Maar hoe zit het met de vraag naar arbeidskrachten – met de toename van het aantal werkenden? Gemiddeld nam het aantal werkzame personen vorig jaar toe met 109.000 (+1,3%). In de loop van het jaar (tussen december 2015 en december 2016) nam het aantal werkenden zelfs met 180.000 toe. We gaan er niet van uit dat die groei in 2017 zó groot zal blijven. Maar met een economische groei die mogelijk wat hoger uitvalt dan vorig jaar, denken wij dat de gemiddelde stijging van het aantal werkenden hoger zal zijn dan in 2016 (ongeveer 15.000 tot 35.000 méér).

De aanhoudende groei van het aantal vacatures wijst ook in de richting van een verdere groei van de werkgelegenheid, evenals de stijging van de indicator voor de werk¬gelegenheid van de inkoopmanagersindex voor de industrie (PMI). Ten slotte laat de ‘Conjunctuurenquête Nederland’ zien dat in het eerste kwartaal per saldo 10% van het bedrijfsleven denkt meer personeel te gaan aantrekken.

Werkloosheid daalt ongeveer even sterk als in 2016, maar minder in 2018

Omdat, zoals gezegd, de toename van het aanbod van arbeid ook hoger uitvalt, verwachten we dat de daling van het aantal werklozen dit jaar gemiddeld ongeveer even groot zal zijn als vorig jaar. Dus ongeveer 75.000. De werkloosheid komt dan uit op 5,1% van de beroepsbevolking (van 6,0% in 2015).

Voor 2018 voorzien we dat de economische groei weer wat terugvalt. Daardoor zal waarschijnlijk ook de stijging van het aantal werkenden wat lager uitvallen. Dat verwachten we echter (nog) niet voor het arbeidsaanbod. Nu de mogelijkheden voor werk zo zijn verbeterd, kan het aantal ‘nieuwelingen’ op de arbeidsmarkt zelfs nog wat meer toenemen dan in 2017. Gevolg is dan dat de werkloosheid beduidend minder daalt dan in 2017 en naar verwachting uitkomt op 4,9%.

tabel

 

 

 

 

 

 

 

 

Het bericht Nederlandse economie in zicht – Werkloosheid blijft dalen verscheen eerst op Insights.

Lees hier het hele artikel

  Categories:
februari 21 10:10 2017 Print dit artikel

Toon meer artikelen

Over de auteur

Cashcow

Cashcow is het multimediale platform voor particuliere beleggers in Nederland. Het platform geeft inzicht in onder andere beleggingsfondsen, vermogensbeheer, vastgoed(fondsen), online beleggen, fiscale beleggingsmogelijkheden en andere alternatieve beleggingsvormen. Bovenmatige interesse is er voor nieuwe investeringsmogelijkheden.

Toon meer artikelen